Mambo Kurt, Tahiti 80 · Paradiso · 18 december 2002 · €9

Zelden zo'n lege Paradiso gezien. Koukleumend in de hal stonden we te wachten tot de deuren van de grote zaal open zouden gaan, maar ook de mensen met Tahiti 80-shirts gebaarden dat het nog wel even kon duren. Het leek Rusland wel. Maar even later bleek al waar iedereen was: op elkaar gepropt in de kleine bovenzaal.

Wij kwamen voor Tahiti 80, maar een extra concertje meepikken kan natuurlijk geen kwaad. Wat we kregen, heette Mambo Kurt en hij vond zichzelf echt ongelooflijk gaaf: zonder ook maar een noot te hebben laten horen was hij al op zijn stoel geklommen om applaus in ontvangst te nemen. Gewapend met zijn orgeltje en een veel te grote bril zou hij ons wel eens even laten dansen. De discolichten op zijn orgel stonden al aan, en hij versleepte zelfs het hele gevaarte even om er goed voor te kunnen gaan zitten. Geen woord teveel: gaaf zou het worden en gaaf was het ook. Wat Mambo Kurt doet, is op een hilarische manier bekende nummers coveren met een hele hoop totaal lullige geluiden die uit zijn orgeltje en uit (waarschijnlijk) een sampler komen. We begonnen met 'The final countdown', en vervolgens kwamen ook 'Candle in the wind', 'My heart will go on' aan bod. De performance van Mambo Kurt was echt geweldig: zwaar rockend en met de vuisten in de lucht op momenten dat het even kon zat hij achter zijn orgel. Bij een intermezzootje huldigde hij zijn machine die ook best zonder hem kon spelen, liep een rondje door de zaal en sleurde een meisje mee het podium op.

Leuk jah, maar zoals gezegd kwamen we voor Tahiti 80. Vier man en een podium volgepakt met instrumenten, dat beloofde wat. Zelfs de bassist stond in een fort van keyboards, samplers en slagwerk. Tahiti 80 maakt zomerse, vrolijke, dansbare muziek en het was ook een zomers en dansbaar optreden, maar ik moet zeggen dat vooral de zanger er weinig zin in leek te hebben, en daarmee ook de rest van de band niet echt wist te motiveren. Hij eindige dan ook elk nummer met een lullige tik op de toetsen van zijn keyboard alsof hij dacht: 'zo, daar zijn we ook weer klaar mee'. Het publiek was lauw en leek op de voorste rijen na niet oprecht geïnteresseerd. De zanger maakte terecht een opmerking over het geleuter aan de bar, wat de rustige momenten in het optreden totaal overstemde. Niet dat het hielp, natuurlijk. Na een blik in de zaal bleek dat het merendeel van de mensen zich bij de bar bevond.

De dwaze bassist met zijn dansjes en de hyperactieve (en ongelooflijk goede) drummer stalen de show. Kon ook niet anders, want bij Tahiti 80 moet je niet lullen maar dansen. Een goede thuiskomer na het koude Rusland.